Bruijn: 'De patiënt en de zorgverleners zijn niet demissionair'

In dit artikel:

Bij het jaarlijkse Ontbijt met de Minister van Medisch Contact, de ochtend na Prinsjesdag, zette demissionair minister Jan Anthonie Bruijn deze week een duidelijk signaal: ook in een demissionair kabinet moeten er stappen worden gezet in de zorg. Bruijn, die vorige week werd aangesteld, benadrukte dat patiënten en zorgverleners niet ‘demissionair’ zijn en dat het kabinet wél een missie heeft. Op zijn tweede dag zette hij zijn handtekening onder het Aanvullend Zorg- en Welzijnsakkoord (AZWA), een akkoord dat volgens hem nauw samenhangt met de zorgbegroting en waarvoor hij de credits vooral aan zijn voorgangers en de ondertekenende zorgpartijen toekent. Hij wil alle partijen die het AZWA tekenden bij elkaar brengen om te bekijken wat er concreet uitgerold kan worden.

Tijdens de bijeenkomst ging Bruijn ook in op een concrete beleidsstap: hij heeft besloten om vanaf 2027 definitief over te gaan op budgetbekostiging voor de spoedeisende hulp (SEH). Die maatregel, waar eerder al aan gewerkt werd, heeft hij recent gemeld aan de Tweede Kamer. Bruijn zei vaker knopen te willen doorhakken, maar vooraf te willen afwegen of het veld er klaar voor is — een reactie op een oproep van verpleegkundige Teun Toebes om zorgverleners “in de weg te lopen” om veranderingen te versnellen.

Op verzoek van aanwezigen bracht Bruijn onverwacht staatssecretarissen Judith Tielen en Nicki Pouw‑Verweij mee. Tielen kreeg de portefeuille vrouwspecifieke gezondheidszorg toegewezen; zij erkende dat daar voor komend jaar geen extra geld voor is gereserveerd, maar beloofde aandacht en wil op korte termijn een concreet streefcijfer formuleren om het aantal gezonde levensjaren van vrouwen te verbeteren.