Zorgpartijen ondertekenen aanvullend zorgakkoord
In dit artikel:
Vijftien zorgpartijen hebben dinsdag het aanvullend zorgakkoord (AZWA) ondertekend, zo maakte demissionair minister Jan Anthonie Bruijn bekend. Het AZWA bouwt voort op eerdere afspraken tussen kabinet en zorgsector, waaronder het Integraal Zorgakkoord (IZA), en richt zich vooral op twee doelen: het terugdringen van het personeelstekort en het eerlijker toegankelijk maken van zorg.
Belangrijke afspraken zijn onder meer dat iedereen uiterlijk in 2028 een vaste huisarts moet kunnen hebben en dat eerstelijnszorg voor iedereen bereikbaar blijft. De toegang tot de geestelijke gezondheidszorg (ggz) moet ook verbeterd worden; vanaf 2028 moeten mensen binnen de afgesproken termijn geholpen worden en krijgen patiënten met zwaardere, complexe vragen voorrang. Daarnaast bevat het akkoord maatregelen voor betere samenwerking tussen ziekenhuizen, meer aandacht voor passende zorg, en het terugbrengen van administratietijd tot maximaal 20 procent van de werktijd — onder andere door inzet van AI. Ook worden afspraken gemaakt over gezamenlijke verantwoordelijkheid van zorgverleners en het bestrijden van fraude.
Een monitoringsrapport van het Zorginstituut, op basis van 2022–2023-data, laat zien dat het IZA tot nog toe weinig zichtbare effecten heeft opgeleverd: er zijn enkele kleine verschillen per indicator, maar geen duidelijke trends. Het rapport roept de partijen op mee te werken aan duidelijke indicatoren en het beschikbaar stellen van meer kwaliteitsdata. Bruijn benadrukt dat echte verandering tijd kost en het weinig verrassend is dat resultaten nog beperkt zijn.